18-07-2025

De Ecosysteem-Architect - Je bent het al, maar je wist het nog niet

Ecosysteem puzzel

Joeri van Es

Als architecten zijn we gewend om de kaders voor onze eigen organisatie te scheppen. Maar ons werk stopt steeds minder vaak bij de grenzen van ons eigen domein. We dragen bij aan en maken gebruik van referentiearchitecturen: raamwerken van gedeelde principes en modellen die als gids dienen voor een hele sector, zoals de Nederlandse overheid (NORA), gemeenten (GEMMA) of het onderwijs (ROSA). 

Een referentiearchitectuur bevat zelf geen standaarden, maar functioneert als een overkoepelende, organisatorische blauwdruk. Het bepaalt waar en hoe meer specifieke standaarden en afspraken in het ecosysteem moeten worden toegepast. Een goed voorbeeld is het IV-domein IAM binnen de ROSA (onderwijsreferentiearchitectuur), dat patronen uitwerkt voor identiteits- en toegangsmanagement. Het geeft puzzelstukjes die laten zien hoe je dit domeinbreed kunt inrichten. 

Zodra je met zo’n raamwerk werkt, overstijg je de rol van Enterprise Architect. Je bent dan bezig met het vormgeven van een heel netwerk van samenwerkende, autonome organisaties. Dit is de essentie van ecosysteem-architectuur. Iedere architect die meewerkt aan een referentiearchitectuur, en er gebruik van maakt, is in de praktijk een ecosysteem-architect. Vaak zonder het zo te noemen. 

De onvermijdelijke reis naar buiten

Deze verschuiving van een interne focus naar een externe oriëntatie was een logische evolutie, die we kunnen beschrijven aan de hand van een aantal duidelijke stappen [1]. In het begin was Enterprise Architectuur (EA) primair naar binnen gericht, met de focus op de eigen organisatie. De eerste stap naar buiten was de creatie van een Extended Enterprise Architecture (EEA), waarin externe partijen zoals klanten, partners en leveranciers in de architectuur werden opgenomen. De volgende fase was die van het federatieve of collaboratieve netwerk. Hierin wisselden meerdere organisaties actief delen van hun architectuur uit en onderhandelden ze over standaarden en processen voor wederzijds voordeel. Dit is de fase waarin de meeste ecosystemen binnen de Nederlandse publieke sector zich nu lijken te bevinden. De laatste stappen in deze ontwikkeling leiden naar een Business Ecosystem Architecture. Hierin analyseert een centrale speler de architecturen van specifieke partners voor strategische ingrepen, wat uiteindelijk leidt tot een allesomvattende BEA, waarin een overkoepelende netwerkorganisatie de standaarden voor het hele ecosysteem definieert en beheert. 

Deze hele ontwikkeling vindt plaats binnen wat we een business ecosysteem noemen. Dit concept, geïntroduceerd door James Moore [3], past principes uit de natuur toe op de economie. We kunnen een business ecosysteem definiëren als een dynamisch, zelforganiserend netwerk van onderling afhankelijke organisaties die over traditionele industriële grenzen heen samenwerken om gezamenlijk waarde te creëren. Deze ecosystemen ontstaan vaak uit digitale initiatieven van de overheid en leiden tot een rijk netwerk van actoren en hun onderling verbonden informatietechnologie. Binnen deze context is het essentieel dat processen, data en IT-systemen naadloos op elkaar aansluiten om interoperabiliteit te bereiken. 

De ‘Aha!’-onthulling: De referentiearchitectuur als totaalplaatje 

De referentiearchitecturen die hieruit voortkwamen, waren het antwoord op deze complexiteit. In de praktijk zien we ze vaak als een regelboek voor ons eigen puzzelstukje; een checklist om te zorgen dat we ‘conform de standaard’ werken. 

Hier schuilt de onthulling. Onbewust deden we iets veel fundamentelers. We creëerden geen regelboek, maar de afbeelding van de hele puzzel. Met onze referentiearchitecturen gaven we een concrete vorm aan het meest volwassen stadium van samenwerking: de Business Ecosystem Architecture

De kracht van de grote gemene deler 

Deze ecosysteemarchitecturen zijn van een slim soort. In plaats van te proberen alle puzzelstukjes in detail te vangen en via complexe technologie aan elkaar te knopen, maakt een referentiearchitectuur een pragmatische keuze. Het focust bewust op de grote gemene deler: een abstract model dat alleen de gedeelde principes, patronen en bouwblokken vastlegt die voor alle partijen gelden. 

Dit is een strategische keuze. Het doel van architectuur is niet het verzamelen van details, maar het verkrijgen van inzicht in de onderlinge afhankelijkheden van een complex sociaal-technisch systeem, zodat we dit met precisie kunnen veranderen. Een te gedetailleerd totaalbeeld leidt af; een abstracte, gedeelde blauwdruk geeft juist focus op de cruciale verbindingen. 

De winst: focus op interoperabiliteit 

Door onze referentiearchitectuur te zien als het totaalplaatje, verschuift het einddoel van ons werk van conformiteit naar interoperabiliteit. Een uitgebreide definitie daarvan is: 

"Het vermogen van verschillende systemen om semantisch compatibele informatie te delen, compatibele transacties uit te voeren en samen te werken op een manier die aansluit bij de bedrijfsprocessen van de gebruikers. [2] "

Dit omvat meerdere lagen: 

  • Technische interoperabiliteit: Kunnen de systemen technisch met elkaar praten via gedeelde protocollen? 
  • Semantische interoperabiliteit: Begrijpen de systemen de informatie op dezelfde manier? Gebruiken we een gedeeld begrippenkader? 
  • Operationele of business interoperabiliteit: Sluiten de bedrijfsprocessen en beleidsregels van de organisaties op elkaar aan? 

      Een referentiearchitectuur is niet hetzelfde als een Interoperabiliteitsraamwerk (IF) [2], maar is er een belangrijke aanvulling op. Waar een IF zich richt op de concrete interfaces en standaarden, focust een referentiearchitectuur op de overkoepelende functionele en organisatorische structuur. De referentiearchitectuur is de blauwdruk die de noodzakelijke voorwaarden schept waarbinnen echte, gelaagde interoperabiliteit kan ontstaan. 

      Omarm je rol als architect van het ecosysteem 

      De boodschap is helder. Zodra je werkt met een referentiearchitectuur, ben je een ecosysteem-architect. De instrumenten die je dagelijks gebruikt, zijn krachtiger dan je wellicht denkt. Laten we onze referentiearchitecturen omarmen voor wat ze werkelijk zijn: de strategische blauwdrukken voor onze digitale ecosystemen. Laten we ze gebruiken om niet alleen ons eigen puzzelstukje, maar de hele puzzel van het publieke sector ecosysteem beter in elkaar te laten passen. 

      Bronvermelding 

      [1] Drews, P., & Schirmer, I. (2014, September). From Enterprise Architecture to Business Ecosystem Architecture. 

      [2] Rothenberg, J., Botterman, M., & van Oranje-Nassau, C. (2008). Towards a Dutch Interoperability Framework. Recommendations to the Forum Standaardisatie. RAND Europe. 

      [3] Moore, J. (1996). The death of competition: Leadership & strategy in the age of business ecosystems. 

      Interessant? Deel het!
      Illustratie stel je vraag
      Meer weten over deze blog?

      Neem contact op met ons, we vertellen er graag meer over!

      © ArchiXL  |  KvK 05084421